Gasverbruik verminderen

Na onderzoek bleek dat wij tot de 10% van zuinigste gasverbruikers van Nederland behoren. Voor onze verwarming, warm water en het koken maken wij gebruik van gas.

Wat wij zoal doen:

Koken

Twee op een vlam – in een kookpan gaat water met aardappel, rijst of pasta, ik hang ons metalen vergiet erboven, daarin gaan groenten of kipfilet (niet bij warm weer), dan de deksel van de pan erop en koken maar.

Kort nagaren; gas uit  – pasta en eitjes garen gewoon door als je de vlam uit zet. Even kort laten koken en met de deksel erop en de vlam uit gaart het ook. Ook piepers, groenten, bakpan-baksels etc. garen na in de warmte van de pan of het kookvocht. Het was voor mij een kwestie van proberen en daarvan leren.

Lang nagaren: inpakken & wegwezen - gewelde (bruine)bonen, stoofschotels, etc. moeten normaal gezien lang op een sudderpitje garen. Generaties voor ons werd daarvoor al de hooikist uitgevonden. Hooikisten zijn nog te krijgen of maken maar je kunt ook de pan inpakken in een handdoek en in bed zetten of inpakken en in de magnetron zetten, zo blijft de warmte ook in de pan. Ik maak geregeld zo op zondag einde ochtend al wat klaar en als we dan ’s avond thuis komen van een wandeling, kunnen we meteen aan tafel.

Koken met de deksel op de pan – dan kookt alles eerder.

Een vlam en een pan die past – mijn man denkt ook nog steeds dat het wel sneller zal gaan als hij de vlam maar goed hoog zet, helemaal niet waar. Zeker een vlam die echt de buitenrand van de pan vooral raakt, zal er niet voor zorgen dat het sneller gaat. Langzamer zal het wel gaan, wanneer de pan (veel) te groot is voor de inhoud; allemaal vocht en ruimte die extra opgewarmd moet worden en doe je dan ook nog de deksel open om even te kijken; wham, weer een stuk warmte weg.

Pannen -  Ik ga zeker niet voor de superdure en marktetinggetructe producten maar niet voor de goedkoopste. Een goede pan verdeelt de warmte beter en sneller en gaat langer mee.

Verwarming

Mag het ietsje minder? – voor we de verwarming gaan opschroeven, trekken we eerst een lekkere trui aan en/of sokken. ’s Avonds wordt er hier vaak TV gekeken en/of gelezen, dan nemen we een lekker fleecedekentje erbij. Na een tijdje, werd het bij ons een sport om zo lang mogelijk niet en dan zo min mogelijk te stoken.

Uurtje eerder uit – een uurtje voor we naar bed gaan, of weg gaan, de verwarming uit scheelt ook weer. Het blijft nog wel even warm. Ook een (half)uurtje later aan kan, als je toch meteen gaat koken als je thuis komt of meteen hard aan de slag gaat met iets.

Wen jezelf een “lagere” temperatuur aan – wij hebben ons een “lagere” temperatuur aangewend, zo’n 18 a 19 graden. Op werk en bij vrienden ploffen wij daardoor wel eens van de hitte en andersom hebben zij het koud bij ons. Als we bezoek hebben, schroef ik de temperatuur iets op in het kader van de gastvrijheid. 19 graden is helemaal niet zo “koud” of raar eigenlijk, dat is prima voor je lijf. Het is misschien ook vreemder om veel hoger te stoken terwijl er een (goedkope) olie tekort aan zit te komen of wanneer financiële tekorten spelen.
Wij stellen het zo lang mogelijk uit om de verwarming voor het eerst aan te zetten in het najaar en dan doen we het rustig aan. Je went er dan gewoon aan. Een voordeel is, dat ik het ook buiten minder koud heb.

Luchten – oude lucht warmt moeilijker op, af en toe luchten is dus ook goed voor je energierekening. Ik doe het ’s morgens als we beneden zijn een kwartiertje boven en als we later op de dag boven zijn, een kwartiertje beneden. Ook hebben we boven constante beluchting door de (roosters) in de (dak)ramen.

Vochtige lucht – droge lucht is ook moeilijker op te warmen en vind ik niet prettig. Schaaltjes water, of van die bakjes die je aan de verwarming kunt hangen en luchten helpt.

Radiatorknoppen – op de weinig gebruikte werkkamer en in de hal staat de radiatorknop helemaal dicht (in de winter wil ik daardoor wel boven naar het toilet). Op de kinderkamer staat de radiator een beetje open en op onze slaapkamer een piepklein beetje, genoeg om de echte kou eruit te houden. Slapen in een verwarmde kamer is ook niet goed voor je gezondheid en nachtrust. Alleen in de woonkamer en open keuken, staan de knoppen echt open.

Gaten en kieren – kun je dichten met tochtstrippen, tochtborstels, tochtbeesten, etc. Voor het najaar moeten de tochtstrippen van een klepraampje bij ons nog vervangen worden en moet ik nog iets bedenken op de brievenbus (plus bezorgers die de post en krant niet doorduwen).

Glas isolatie – vooraan het huis hebben wij enkel glas laten vervangen door dubbel (iets meer HR ofzoiets), dat merkten we meteen in de warmte en in de rekening.

Radiatorfolie – nog niet gekocht omdat we misschien overgaan naar vloerverwarming volgend jaar (dan is de vloer echt niet meer om aan te zien). Bij andere mensen heb ik materiaal van Tonzon gezien. Tonzon en andere bedrijven hebben ook andere producten om

je huis extra te isoleren – persoonlijk zou ik me wel laten adviseren daarin. Mijn man is bouwkundige en zegt vaak dat je ook teveel of verkeerd kunt isoleren, daardoor kunnen rot, vochtproblemen of binnenklimaatproblemen ontstaan. Het is jammer als je wat je bespaart door te isoleren weer moet uitgeven aan de vroege vervanging van je dak.

Warm water

Korter douchen – aangezien we beiden even goed zien als een mol, doen we dat niet met een douchecoach (zandlopertje) maar met een (batterijvrij)eierwekkertje. We zijn nu gewend korter te douchen en gebruiken de eierwekker nog maar zelden. Lopen de douchetijden weer op (uitslapen onder de douche), dan ga ik het eierwekkertje weer een tijdje gebruiken. Douchen zonder extra werkzaamheden als scheren en twee keer haren wassen is bij ons 3 minuten, met bijkomende taken is het in 5 minuten proberen te halen. Voor uitslapen is ons bed echt veel fijner en daarbij een stuk voordeliger.

Weinig in bad – als ik geen bad heb, dan mis ik het, als ik er een heb, lig ik er bijna nooit in. Ik vind het niet lekker liggen en ik verveel me altijd in bad, dat scheelt natuurlijk. Het doet niet zo’n zeer om het te laten. Een bad vol laten lopen kost veel warm water, veel meer dan een douche.

Minipenny gaat nog steeds in het babybadje dat ik in het bad zet, dan heeft ze ook genoeg water om zich lekker schoon te spelen. Ook toen ik 8 was en mijn knieën bijna naast mijn oren zaten, vond ik het heerlijk als ik bij mijn oma in de teil mocht badderen. Minipenny mag wel eerder in het grote bad als ze wil hoor maar voor nu is dit prima.

Aan de kraan wassen – eigenlijk was het plan om het een, twee keer per week te doen maar het kwam er niet van, gewoon even aan de kraan met een washandje je wassen. Dat scheelt weer een douchebeurt. Heel veel generaties zijn er schoon groot van geworden, niks mis mee.

Voorspoelen zonder stromende kraan – mijn man weigert categorisch af te wassen, afdrogen nog meer. Een vaatwasser is voor hem essentieel maar hij spoelt dan wel weer alles loeiheet af, met afwasmiddel soms. Hij is er soms wel drie kwartier mee bezig na het eten. Dan kun je dus net zo goed even meteen goed afwassen (of mij dat laten doen, dan zijn we binnen een half uur klaar ;-) ). Ik probeer “de schade” enigszins te beperken door hem te vragen de warme kraan niet steeds te laten lopen maar even voor te spoelen in een plasje warm water, dat werkt ook prima en het gaat toch nog een keer in de vaat.

Schoonmaken zonder heet sopje - ik maak geen emmertjes sop, tenzij nodig. In een sprayfles heb ik 30% azijn en de rest water, met een beetje geurolie. Samen met een microvezeldoekje, maak ik bijn alles schoon zonder sopje.